Nog een handige tip: je kan in ~/.ssh/config makkelijke aliassen aanmaken en aparte instellingen opgeven die je altijd wil gebruiken als je met bepaalde servers verbinding maakt.
Voorbeeld:
Host *
ControlMaster auto
ControlPath ~/.ssh/master-%r@%h:%p
ControlPersist 60
Host laptop
User johan
Port 22
HostName laptop.local
Host server
User johanvd
Port 22
Ciphers aes128-cbc
Compression no
LocalForward 3308 localhost:3306
HostName server.home
Host router
User root
port 22
Hostname 192.168.1.1
Compression no
De eerste paar instellingen zorgen ervoor dat er een "master" verbinding opgezet wordt, die gebruikt kan worden als je een tweede of meer verbindingen wil maken naar dezelfde server. Ook blijft die verbinding nog een minuut actief als je de laatste sessie afsluit. Dat zorgt ervoor dat een nieuwe verbinding meteen opgezet wordt, dus zonder opnieuw inloggen en nieuwe encryptie enz. Met sleutels en een ssh-agent is dat niet zo heel boeiend, maar op trage apparaten zoals een router, raspberry pi en zo kan het toch wel verschil maken.
Andere opties zoals gebruikersnamen, poorten, compressie enz. spreken voor zich.