Bladeren in het netwerk: open je persoonlijke map (bovenaan in het pictogrambalkje uiterst links). Dat is equivalent met de Verkenner in Windows en bij Ubuntu heet dat dus Nautilus. Daarmee kun je netwerkbronnen vinden en ermee connecteren. Ubuntu ondersteunt Windows maar ook ftp, ssh en nog andere netwerkprotocollen (meer dan Windows).
Zelf dingen delen voor Windows pc's in het netwerk: daarvoor open je het Softwarecentrum (het pictogram uiterst links dat eruit ziet als een boodschappentas met wat prulletjes die erboven zweven en kennelijk schitteren). Bovenaan rechts in het Softwarecentrum zie je een zoekveld. Tik daar: beheer samba (niet op enter duwen, dat hoeft niet) en er verschijnt één stuk software getiteld "SMB/CIFS File, Print and Login Server for Unix". Klik die aan, dan verschijnt er een extra regel met onder andere een knop "Installeren". Klik daarop en de software wordt geïnstalleerd. Daarna kun je die opzoeken via Dash (het pictogrambalkmenu uiterst links). Als je bovenaan op het Ubuntu-logo klikt, opent zich een grote zoekdialoog.
Met deze software kun je makkelijk mappen en printers ter beschikking stellen aan Windows pc's.